Ringleiding De ringleiding bestaat uit 2 aders waarmee tevens de synchronisatie wordt geregeld. Optioneel kan er met een 3e ader een tweede toon worden aangestuurd. Met behulp van een calculatie kan de luslengte worden bepaald bij een gegeven kabeldiameter. Montage De loopmanagerprint kan op een deugdelijke manier worden gemonteerd in de centrale. Een BSX-E uitbreidingskast, met dezelfde vorm en afwerking als de centrale is leverbaar indien meer dan 1 loopmanager wordt gebruikt. Uitvoering Een loopmanagerprint,welke in de centrale kan worden geplaatst,zorgt voor aansturing en bewaking van de signaalgevers in de ringleiding. De loopmanager wordt aangestuurd en gevoed door een bewaakte uitgang van de centrale. In elke signaalgever (sirene, flitslicht of combinatie) wordt een isolator geplaatst, zodat bij kortsluiting of onderbreking de installatie blijft functioneren. Uiteraard geeft de BSX-E loopmanager in dat geval een storing door aan de centrale zodat de beheerder actie kan ondernemen. Op elke bewaakte uitgang van de BSX-E kunnen tot maximaal 40 signaalgevers in een ringleiding worden opgenomen.
• Technische oplossing functiebehoud
• Conform NEN2575 en NPR2576
• Minimaal functiebehoudkabel nodig
• Eenvoudige montage
• Tot 40 signaalgevers in één lus
• Geen extra voeding noodzakelijk
• Storingsmelding via BSX-E centrale